Gebaseerd op onderzoek bij de huidige Tukano (Rio Vaupés) komt Reichel-Dolmatoff (1989) tot de conclusie dat muziek ook in de prehistorische periode nagenoeg uitsluitend in rituele context werd opgevoerd. Bij de Tukano wordt elk instrument en de klank die het voortbrengt geassocieerd met een specifiek dier, een moment van de dag, een geur een kleur en vooral ook met een welbepaald ritueel.
Bovendien zou muziek de sjamaan toelaten zijn visioenen in een bepaalde richting te drijven. De 'ocarinas' vertonen niet alleen uitwendig maar ook inwendig volledig de vorm van een slakkenhuis. Het zijn terug de Tukano die hun narcotica bewaren in een slakkenhuis, dat zij als symbool zien van de vagina