Katoenweefsel, licht kettingribs; de egaal diepblauwe grond is in weefversiering door bredere patroonbandjes van lichtblauwe strepen in zes kettingbanen gedeeld. Elk van deze dan door drie lichtblauwe streepjes nog eens in vier. Beide smalle einden zijn afgewerkt met een rood inslagbaantje en franjes.