Ronde gesloten zilver armband met ronde doorsnede. Hol, met inwendig losse korrels. Kubusvormige verdikking. Ingedreven versiering: buitenop een fries van over elkaar grijpende ovalen, op de verdikking 4 maal een motief binnen een ruit. Armring voor de linkerbenedenarm 'glang bekekersèng'. Cat. Delft (OC/C 181) nr 137: 'door meisjes en vrouwen die nog geen twee kinderen hebben aan de linkeronderarm gedragen'.