Kurzschwert (Wakizashi) mit Beimesser (Kogatana) und Scheide (Saya)
Beschreibung
De Japanse krijgers uit de vroege middeleeuwen, bushi of samoerai, waren aanvankelijk boogschutters te paard. Geleidelijk aan won hun zwaard aan belang. Dit kostbare bezit werd als ‘de ziel’ van de samoerai beschouwd.
Dit wapen is een kort zwaard (wakizashi) met bijmesje. De kling wordt afzonderlijk getoond naast de greep en de schede, waarop een gleuf is aangebracht voor het bijmes. Een samoerai-krijger hield zo’n kortzwaard of dolk altijd bij zich, ook wanneer hij ging slapen. Andere wapens moesten buiten blijven staan wanneer men een huis betrad. Het kortzwaard werd ook gebruikt voor de eervolle, rituele zelfmoord.
Het smeden van de kling van een zwaard was een zaak voor specialisten, meester-smeden, vooral uit Oost-Japan. Het metaal werd langdurig geslagen (met temperaturen tot 800°C) en getemperd om de juiste graad van hardheid en veerkracht te verkrijgen. Daarna werd het uitvoerig gepolijst. Het resultaat was een fonkelende kling met kristalklank. Ook de greep, de stootplaat en schede werden uiterst verfijnd afgewerkt. Vooral de stootplaatjes (tsuba) werden later een gezocht kunstobject.