Lantaarnplaat omlijst met groene papieren kleefband (deels afgesleten). Het gaat hier om drie met de hand geschilderde taferelen, aangebracht op de voorzijde van de enkelvoudige glasplaat. Deze zesdelige reeks lantaarnplaten is vervaardigd door de Franse fabrikant Lapierre (actief 1848-1902). Op iedere lantaarnplaat staat een deel verbeeld van het moraliserende Franse sprookje ‘Le prince Chéri’ van Jeanne-Marie Leprince de Beaumont (1711-1780). Rechts naast elke afbeelding staat een kader met bijschrift:
N° 10
Il s’enfuit dans une forêt où il fut pris par des chasseurs qui l’enferment dans une ménagerie.
N° 11
Le peuple enchanté de sa perte offre la couronne au sage Suliman son gouverneur.
N° 12
Le prince Chéri sauve son Gardien qu’une énorme panthère allait dévorer.
Dit is de vierde lantaarnplaat uit de reeks: de prins, die er nu uitziet als een afschrikwekkend monster, vlucht het bos in, waar hij gevangen genomen wordt door jagers die hem opsluiten in een dierentuin. De mensen zijn blij dat ze verlost zijn van de kwaadaardigheden van de prins en ze geven de kroon door aan Suliman, zijn trouwe gouverneur. Die accepteert de kroon, in de hoop die ooit weer aan de prins te kunnen geven, wanneer hij gelouterd terugkeert. Het volk gelooft dat de prins Chéri dood is door goddelijke tussenkomst, maar de fee heeft Suliman de ware toedracht toevertrouwd. Voor het eerst heeft Chéri spijt van zijn wandaden, zijn woede maakt plaats voor het voornemen om het goed te maken. Wanneer een reusachtige panter zijn bewaker dreigt te verorberen, redt de prins de bewaker, ook al deed die laatste vaak gemeen tegen hem.