Zou geleefd hebben in de 1ste eeuw, samen met Joachim.
Feestdag: 16 juli.
Haar levensverhaal is als volgt overgeleverd:
Anna, moeder van de Maagd Maria, en Joachim waren man en vrouw. Zij bleef lang kinderloos.
Joachim en Anna worden alleen in niet-bijbelse (apocriefe) boeken genoemd.
Bedevaartsoord o.a. in Luythagen (Antwerpen).
Voor meisjes gold vroeger: “Naar Sint-Anneken, gaat men om een manneken”.
RECTO
alles in zwarte inkt gedrukt
TEKST
Bladzijde 1
DE ZEVEN GROETENISSEN
TOT DE
HEILIGE MOEDER ANNA. ( I )
I
ROOS
ONZE VADER. WEES GEGROET.
II
LAVENDELBLOEM
ONZE VADER. WEES GEGROET.
( I ) VOLGENS DE GETUIGENIS VAN PATER ANDREAS DE BOYE, PRIESTER DER SOCIETEIT VAN JEZUS, IN ZIJN WERKJE : “LOF VAN DE GROOTE PATRIARCHEN JOACHIM EN ANNA,” MET GEESTELIJKE GOEDKEURING GEDRUKT, HEEFT DE HEILIGE MAAGD MARIA ZELVE DEZE ZEVEN GROETENISSEN GELEERD AAN EEN GODVRUCHTIG PERSOON, DIE IN GROOTE DROEFHEID WAS ; EN ZIJ RAADDE HAAR DEZELFDE DAGELIJKS TER EERE VAN DE HEILIGE MOEDER TE BIDDEN.
Bladzijde 2
III
THYMUS
ONZE VADER. WEES GEGROET.
IV
VIOLETBLOEM
ONZE VADER. WEES GEGROET.
V
GOUDBLOEM
ONZE VADER. WEES GEGROET.
Bladzijde 3
VI
PARADIJSBLOEM
ONZE VADER. WEES GEGROET.
VII
KORENBLOEM
ONZE VADER. WEES GEGROET.
Bladzijde 4
GEBED
IMPRIMATUR
BREDÆ – 6 FEBR. 1906
J. J. M. VAN GOCH, LIB. CENSOR.
In potlood geschreven
VM.2008.013.495.2/2
