• Loop opgebouwd uit fijn mechanisch damast gesmeed staal, inwendig glad. De buitenzijde is onderverdeeld in secties: ronde kamer, een sectie met 12 zijden, een ronde sectie, en een “gelede” sectie met klokvormige mond. Al deze secties hebben ingekerfde motieven, met zilver inleg- en oplegwerk. Ogivale mik met één gaatje.
• De loop is op de lade geborgd met 3 capucines uit messing.
• Miqueletslot van het Balkantype met goudversiering van het “koftgari” type. Achteraan is een gecanelleerd roodkoralen knopje gerivetteerd. Geen tegenplaat; bolvormige bronzen trekker zonder beugel.
• Kolf en lade uit zwartbruin hout. Kolfeindstuk en kolf in zeskantige vorm: vijf hoofdvlakken en een smal bovenvlak. Het eindstuk is afgescheiden van de kolf met houten en benen stroken. Drie benen strips zijn origineel in kwaliteit en versiering, de andere maken deel uit van een oude herstelling, en zijn onversierd gebleven. Kolf, lade, en ook de strips zijn versierd met ongeveer 1060 messing intarsia (rondjes) en talrijke messing nageltjes. Er zijn twee types rondjes: met 3 driehoeksvlakjes, en met 12 + 6 driehoekvlakjes. Vermoedelijk zijn dit gezaagde secties van messing buisjes, gevuld met driehoeksprofielen en een bindingshars. Rondjes en nageltjes verbeteren de greep op het wapen. Op de lade, onder de vuurmond, benen eindstuk. Een ander benen stuk zit rond de opening van de pompstokberging.
• Twee benen openingen voor (ontbrekende) bandolieroogpennen op de lade.
• Pompstok in hout, met twee stalen eindstukken.
Caliber : 15.5 mm
