De rode bloeddrinkende Khachöma, óf Sarva-boeddha-dakini, óf Naro Khachöma, óf luchtwandelaarster herkennen we onmiddellijk aan de rode kleur, de typische houding , de vijf knokensieraden die symbolen zijn voor de vijf Jinas.
Dakinis zijn initiatiegodinnen. Waarschijnlijk komen ze uit Udyana (Noordwest-Indië). Hun verering moet al zeer oud zijn. Dakinis zijn de vrouwelijke aspecten van de verlichte Boeddha.
Sarva-boeddha-dakini is de Dakini aller Boeddha's en de beschermgodin aller Sakyas. De groep bovenaan op de thangka beeldt de lineage uit van de Sakya-school. De lering door deze school gevolgd gaat uiteindelijk terug - over abten en pandits - tot de Mahasiddha Naropa (afgebeeld in de bovenste rij) met Sarva-boeddha-dakini aan zijn linkerzijde.
Als de Naro Khachöma is ze initiatiegodin van Guru Naropa (956-1010), de Mahasiddha die ze alle geheimen deed kennen en hem bovendien nog bovennatuurlijke krachten schonk. Ze beweegt zich tussen hemelse en aardse regionen: ze is een luchtwandelaarster, een Khachöma.