Staand mannelijk krachtbeeld (nkishi, mv. minkishi) met een diadeem van ijzeren gekrulde pijlpunten en ogen ingelegd met kaurischelpen. Op het gelaat zijn koperen repen vastgeklonken. De hoorn bevat magische ingrediënten (bishimba) aangebracht door een rituele specialist (nganga). Via dit krachtbeeld komt men in contact met de bovennatuurlijke wereld. De magische stoffen zitten verborgen in de buikholte en de antilopenhoorn. De hoorn is als een soort antenne tussen de zichtbare en onzichtbare domeinen. Krachtbeelden behoorden toe aan de gemeenschap en speelden een rol als beschermer van die gemeenschap tegen interne en externe gevaren. Elke chef wilde de noden van zijn gemeenschap lenigen, en dit beeld belichaamde een kracht die hem dat mogelijk moest maken. Begin vorige eeuw werden zulke beelden soms 'gestript' door Europese verzamelaars. Die verwijderden de vergankelijke of 'besmettelijke' Afrikaanse materialen. Mogelijk is zo de raffiarok verdwenen. Dit beeld is een van de Congolese cultuurvoorwerpen die de voormalige minister van Koloniën, Louis Franck (1866-1937) in 1920 in bezit kwam gedurende zijn inspectietocht in Belgisch-Congo.